Directeur GGZ NL geharnast voorstandster ROM voor benchmark en zorginkoop

ROM

In een blog-artikel(25 april 2017) op de website van het online-magazineSkipr toont Veronique Esman, directeur van GGZ Nederland, de brancheorganisatie van werkgevers in de GGZ, zich een fervent voorstandster van het blijven gebruiken van ROM-data voor benchmarking en zorginkoop. De titel van het artikel is: “Ga door met ROM”.  Te midden van een groeiend verzet tegen het gebruik van deze data voor een doel waarvoor de Random Outcome Monitoring helemaal niet voor  bedoeld en opgezet is, geeft zij aan krachtig door te willen gaan en te willen zorgen voor doorontwikkeling van dit instrument. Ze zegt te willen luisteren naar de bezwaren die er zijn, maar het antwoord kan en mag in de ogen van GGZ Nederland niet zijn dat er gestopt wordt met ROM voor benchmarking en zorginkoop. Dat is luisteren met een vinger in elk oor.

Bouwwerk

Terwijl de ROM-scoringslijsten bedoeld zijn voor het, op basis van persoonlijke behandeldoelen, evalueren van de behandeling van patiënten met psychische problemen en het mogelijk te maken deze in samenspraak tussen patiënt en behandelaar bij te sturen, is het gebruik ervan gekaapt door overheid, management en zorgverzekeraars. In het kader van de filosofie van de value based healthcare van Michael Porter is na 2010 in Nederland een constructie opgetuigd waarbij ROM-data verplicht verzameld worden voor kwaliteitsmeting, benchmarking en zorginkoop. De instantie die deze data verzamelt is de Stichting Benchmark GGZ, die volledig betaald wordt door de zorgverzekeraars. Ondanks fundamentele bezwaren tegen het gebruik van de ROM-data voor deze doelen ging men voort op dit pad. Beroepsverenigingen binnen de GGZ zijn zo ingekapseld en gemasseerd richting gebruik van dit model dat verzet binnen het systeem vrijwel niet mogelijk is. Niet meewerken betekent korting op budgetten. Het bouwwerk staat nu op haar wrakke grondvesten te schudden door meerdere ontwikkelingen.

Geen fundament

In het rapport van de Algemene Rekenkamer(AR) over de bekostiging van de GGZ stelt deze dat er de ROM-data ten enenmale ongeschikt zijn voor kwaliteitsvergelijking, benchmarking en zorginkoop. De AR gaat zelfs zo ver te stellen dat het nieuwe bekostigingsmodel waaraan gewerkt wordt(het Engelse model) ook weer leunt op dit onterechte gebruik van ROM-data. Daarnaast bleken recent  de data die de SBG opslaat te kenschetsen zijn als bijzondere persoonsgegevens, waarvoor de patiënt toestemming gevraagd had moeten worden. De minister van VWS moest dan ook toegeven dat gedurende meerdere jaren patiëntengegevens op onwettige basis zijn geleverd aan SBG. Onwettig was daarmee ook de verwerking van die data door de SBG en de doorlevering aan derden. Er ontbreekt dus ten enenmale een goed fundament aan de genoemde constructie. Dat de ROM-data niet zo bijster geschikt zijn voor het doel wat zorgverzekeraars en overheid voor ogen hebben, blijkt ook uit de opmerking van Veronique Esman, dat er een doorontwikkeling moet komen., waardoor het instrument voor iedereen waarde zou krijgen. Bij die doorontwikkeling geldt echter het GIGO-principe: Garbage In, Garbage out. Heb je troep, dan is verbetering door bewerken een illusie.

Onrust

De onrust in de GGZ aan de zijde van patiënten en individuele zorgaanbieders is sterk aan het groeien. De actiegroep Stop Benchmark met ROM waarin beide categorieën met elkaar optrekken had recent op 20 maart 2017 een overleg met het Landelijk Overleg Cliëntraden(LOC) over deze materie. Bij dit overleg waren ook de directeur van de SBG, Maarten Erenstein, en twee van zijn medewerkers aanwezig.  De uitnodigingsbrief geeft duidelijk aan waar het om ging. Het is te verwachten dat de cliëntenraden hun instellingsleiding zullen gaan aanspreken op het feit dat er data over hun behandeling, in welke vorm dan ook, zonder hun medeweten zijn doorgestuurd naar de SBG. Ook is te verwachten dat instellingsleidingen gevraagd wordt alle betrokken patiënten in te lichten. Patiënten zullen krachtiger van zich doen horen. Het artikel van de directeur van GGZ Nederland is een poging om het probleem binnen de perken te houden, maar door haar opstelling zal er eerder sprake zijn van een toename van het verzet.

Plank mis

Er staat in het artikel een passage die bijzonder vreemd overkomt. Veronique Esman stelt daarin dat naast het oplossen van de privacyaspecten het de ambitie van GGZ Nederland moet zijn om dat vanuit de eigen regie over de data, en vanuit een volwassen relatie met verzekeraars en patiënten verder gebouwd dient te worden aan kwaliteit én transparantie in de zorg. Het trieste is nu juist dat gebleken is met ROM en de SBG dat de patiënten helemaal geen regie over de eigen data hebben. Bovendien is er helemaal geen volwassen relatie van de patiënten met de zorgverzekeraars. Die is non-existent. Er bestaat wel een zeer verticale relatie tussen beide partijen, waarbij GGZ Nederland een faciliterende rol speelt. Mevrouw Esman slaat hier de plank dus volledig mis. GGZ Nederland suggereert bovendien indirect in het artikel dat de tegenstanders van het gebruik van ROM-data tegen kwaliteitsbeoordeling en transparantie in de zorg zouden zijn. Niets is minder waar. In genoemd overleg ten kantore van het LOC werd duidelijk door de tegenstanders geventileerd dat men daar niet tegen is en men nu juist in overleg wil zoeken naar mogelijkheden om die doelen te bereiken zonder dat er sprake is van doorsturen en verwerken van bijzondere persoonsgegevens. De beleidsinformatiesystemen die bestuurders voor ogen hebben kunnen namelijk  met huidige technologie en software heel wel opgezet worden zonder dat bijzondere persoonsgegevens verzameld worden.

Belangen

De tactiek bij de voorstanders van ROM-data voor kwaliteitszorgmeting, benchmarking en zorginkoop was eerst de tegenstand enigszins te negeren en te bagatelliseren. Nu dat niet lukt lijkt men er met gestrekt been in te gaan. Het geeft aan welke grote belangen spelen om het huidige ROM-verzamelsysteem in stand te houden.

Veronique Esman-Peeters heeft als voormalig directeur Curatieve Zorg ervaring met het krachtig verdedigen van gevestigde belangen. Door de Gotlieb-affaire werd duidelijk dat zij destijds namens de minister van VWS de beslissing van de Nederlandse Zorgautoriteit om het Oogziekenhuis in Rotterdam geen twee miljoen euro steun te verlenen overrulede. Zij was toen de op twee na hoogste ambtenaar op het ministerie. Het ministerie, lees mevrouw Esman, greep toen niet alleen inhoudelijk in. De onafhankelijke toezichthouder(NZa) kreeg ook duidelijke instructies over de te volgen procedure om er voor te zorgen dat het Oogziekenhuis wel de twee miljoen euro steun kreeg. Een bestuurlijk zeer discutabele handelswijze.

Uiteindelijk zullen bestuurders(overheid, zorgverzekeraars, instellingen) toch moeten beseffen dat de onrust die zich nu uitbreidt contraproductief is voor het doel wat zij voor ogen hebben. Publicitair is het voor zorgverzekeraars ook niet aantrekkelijk om bij een dergelijk onderwerp lang in de schijnwerpers te staan.

Veronique Esman begon haar artikel met de dichtregel van Lucebert: “Alles van waarde is weerloos”

Ik zou graag willen besluiten met de woorden van Albert Einstein:

“Niet alles van waarde is meetbaar. Niet alles wat meetbaar is, is van waarde”

W.J. Jongejan