onderhoudskosten

Op 5 februari 2021 kaartte ik in samenwerking met www.huisartsvandaag.nl de onderhoudskosten voor huisartsen aan in het kader van de Persoonlijke Gezondheidsomgevingen(PGO’s). Om ervoor te zorgen dat patiënten zorgdata, vastgelegd bij zorgaanbieders(huisarts, ziekenhuis etc.) in een Persoonlijke GezondheidsOmgeving(PGO) kunnen opnemen zijn de MedMij-protocollen ontwikkeld. Voor de huisartsen zijn bij het invoerings- en voorbereidingsprogramma van de PGO’s de jaarlijkse onderhoudskosten niet in een financieringsmodel meegenomen. Daarover is de Landelijke HuisartsenVereniging(LHV) nu nog in gesprek het ministerie van VWS, de Stichting MedMij en Zorgverzekeraars Nederland(ZN).  Het gegeven dat niet exact bekend hoe veel die jaarlijkse kosten bedragen, compliceert de kwestie ook. Insiders hebben het over schattingen tussen 60 tot 600 euro/jaar per FTE huisarts. Dat  de LHV met deze partijen in gesprek is, blijkt uit een mail die de LHV aan de haar leden, huisartsen, schreef op 18 februari 2021. Over die gesprekspartners wil ik het hieronder ook nader hebben.

Twitter

De Tweet over mijn artikel van 5 februari lokte een reactie uit van Frank Smit van Twitteraccount Zorg&ICTNieuws(@ZorgICT).

Hij schreef:

“Ik hoor dat huisartsenclubs en St. Legio, die overleg met HIS leveranciers bundelt, zelf steken hebben laten vallen. Zij zijn vergeten om naast kosten voor ontwikkeling, ook die voor beheer op te nemen. Daarom nu extra kosten. Andere VIPP programma’s deden dat wel.”

En:

“Blijft een feit dat dit in andere VIPPs bijv.v GGZ wel goed geregeld is door @deNLggz . Binnen VIPP Open is dit belegd bij st. Legio die de contracten met HISsen sluit. @MinVWS zit daar niet tussen. Kijk maar in de regeling en op website van Legio.”

Voor de goede orde is het noodzakelijk om te weten dat de Stichting Legio op gezag van VWS opgericht is als vehikel om PGO-subsidiegeld richting eerste lijn te sturen. Voor de implementatie was de stichting OPEN nodig.

Verwijtbaar?

De constructie met Legio en OPEN is opgezet om 75 miljoen euro subsidiegeld te sluizen naar zorg-ICT-leveranciers en huisartsen om een begin te kunnen maken met de PGO’s. Wat Frank Smit in zijn Tweets beweert is dat degenen die namens de beroepsorganisaties onderhandeld hebben, eventueel geld voor jaarlijks onderhoud via de onderhandelingen over de stichting Legio en OPEN zouden hebben kunnen laten reserveren. Voor de Versnellingsprogramma’s Informatie-uitwisseling Patiënt en Professional(VIPP) bij de GGZ zouden de jaarlijkse onderhoudskosten volgens hem wel geregeld zijn in de onderhandelingen. De vraag is daarna dan wel weer: “voor hoe lang?” De vraag is of de LHV als vertegenwoordiger van beroepsbelangen hier een steek heeft laten vallen. De VIPP-programma’s voor huisartsen of de GGZ zijn naar alle waarschijnlijkheid echter niet volledig identiek. Naar mijn informatie was het LEGIO-OPEN-traject meer een take-it-or-leave-it aanbod van VWS met een Godfather-achtig tintje: ”an offer you cann’t refuse”.

 

Opties LHV/rol HIS-leverancier

De LHV zegt nu met VWS, MedMij en met ZN in gesprek te zijn over vergoeding van de jaarlijkse onderhoudskosten van de MedMij-protocollen.

Om ervoor te zorgen dat zorgdata vanuit een HIS in een PGO van een patiënt  terecht kan komen bouwt een zorgICT-leverancier software in een HIS in. Dat gebeurt op basis van de MedMij protocollen. Dat gebeurt pas als die HIS-leverancier zich als DienstVerlener-ZorgAanbieder(DVZA) heeft gekwalificeerd bij de Stichting MedMij. Het moge duidelijk zijn dat de leverancier daar ook extra kosten voor maakt die hij doorberekent aan de klant, de huisarts.

Verwachting van MedMij

Onderhandelingen van de LHV met MedMij zullen niets gaan opleveren. MedMij gaf op mijn vraag aan  dat ze als organisatie niets aan de leveranciers voorschrijven over het businessplan of implementatie van het afspraken stelsel. Dus financieel geen invloed hebben op een jaarlijkse onderhoudskostenvergoeding aan huisartsen.

Verwachting van ZN 

Wat verwacht de LHV van onderhandelingen met ZN? ZN geeft eigenstandig eigenlijk geen vergoedingen aan huisartsen voor kosten die samenhangen met jaarlijks terugkerende uitgaven aan   huisartsautomatiering. In de jaren negentig van de vorige eeuw gaven de zorgverzekeraars wel een “subsidie” voor huisartsen die van hun papieren patiëntendossier overstapten op een elektronische versie. In het huidige bestel verschuilt ZN zich eigenlijk altijd achter de NZa voor vergoedingen.

Verwachting van VWS

Wat verwacht de LHV van VWS? Tot nu toe heeft VWS de mogelijke vulling van PGO’s door VIPP-programma’s aangejaagd. Ze heeft naar mijn beste weten nimmer gesproken over langdurige financiering van onderhoud. Voor dat soort financiering kan VWS hooguit een aanwijzing aan de Nederlandse Zorgautoriteit(NZa) geven om tot een declarabel tarief of een opslag op een bestaand tarief. te komen. Daardoor kan dan een declaratietitel ontstaan bij de NZa op basis waarvan huisartsen via een opslag op enig tarief de kosten vergoed kunnen krijgen.

In het verhaal van de LHV over het onderhandelen omtrent het toch vergoed krijgen van de jaarlijkse kosten van het bijhouden van de MedMij-protocollen door de zorgICT-leveranciers mis ik dus de NZa.

Walgelijk ingewikkelde constructie

Wat heel erg duidelijk is dat voor de PGO’s een uitermate ingewikkelde en bij de uitvoering VWS voor een tot problemen leidende constructie gekozen heeft. De hele kerstboom van kosten en vergoedingen is zes punten groot en apart vermeld in de eerder gemelde mail van de LHV aan haar leden.

En dat voor de PGO’s die een zeer beperkt en zeer kwijnend bestaan tegemoet gaan.

W.J. Jongejan, 23 februari 2021

Afbeelding van PIRO4D via Pixabay

Klik hier om uw eigen tekst toe te voegen