Verbijsterend slechte argumentatie KNMP over potentieel risicovolle fouten in recepten

apothecary-436723_640

Op 1 januari 2016 startte de voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie(KNMP), Gerben Klein Nulent in zijn nieuwjaarsboodschap de campagne “De eerste keer”. In zijn boodschap en ook in de andere uitingen van die campagne wordt telkens gesproken van 40.000 receptaanpassingen per doordeweekse dag. Nergens wordt duidelijk hoe men bij de KNMP aan dat getal komt. Op de website van Medisch Contact, het magazine van de KNMG(Koninklijke Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst) is in een artikel wel te lezen hoe men aan dat getal komt. De woordvoerster van de KNMP Mariël Croon ligt dat daar namelijk wel toe. De wijze waarop ,men aan dat getal komt is ronduit verbijsterend.

Campagne

De opzet van de campagne is om agressie aan de balie van de apotheek te beperken. Die agressie ontstond door het tarief voor het afleveringsgesprek van zes euro, terwijl van een “gesprek” vaak geen sprake was. Dat werd verplicht ingevoerd op 1 januari 2014. Per 1 januari 2016 is dat tarief weer ondergebracht bij de totale apotheekzorg bij de eerste verstrekking. De KNMP heeft echter gemeend zich in die campagne te bedienen van extrapolatie van achterhaalde gegevens om zich beter te profileren in het zorgveld.

Methode

Het aantal van 40.000 aanpassingen baseert de KNMP volgens haar woordvoerster op een onderzoek dat in 2001 werd gepubliceerd en uitgevoerd werd in februari-maart 1999. Het dateert dus van ruim zestien jaar terug! Daarin komt een aanpassingspercentage van 4,3% voor. Op basis van dit percentage is de KNMP gaan extrapoleren naar 2016 en komt met het huidige aantal recepten tot het getal van 40.000. Normaliter is een dergelijk verouderd onderzoek geen reden om tot extrapolatie over te gaan. Er is bovendien een veel duidelijker reden om überhaupt niet met dergelijke getallen de pers te gaan zoeken.

Grote verbeteringen

De laatste 16 jaar zijn er zeer veel verbeteringen doorgevoerd in het prescriptieproces bij de huisarts voornamelijk op het gebied van de ICT. In de Huisarts Informatie Systemen(HIS-sen) is op het gebied van de medicatieveiligheid bijzonder veel verbeterd, zoals:

  • Het verbeteren van het opsporen van (pseudo)dubbelmedicatie
  • de overdoserings-controle
  • de verbeterde medicatiebewaking op basis van interacties, contra-indicaties en allergieën
  • de controle op medicatie bij verkeersdeelname
  • de verbeterde presentatie van waarschuwingen bij voorschrijven
  • toevoegen van de reden van voorschrijven bij bepaalde kritische medicatie
  • het verplicht elektronisch voorschrijven van recepten

Dit zijn nog niet eens alle aanpassingen die vanaf de eeuwwisseling hebben plaatsgevonden.

Ook is het zogenaamde farmacotherapeutische overleg, waarin huisartsen en apothekers elkaar op lokaal niveau vaak maandelijks treffen om over de voorgeschreven medicatie gestructureerd te overleggen, sterk geformaliseerd en naar een hoger niveau getild.

Vreemd

Door met verouderde cijfers te extrapoleren en volledig de verbeteringen in de laatste 15 jaar buiten beschouwing te laten is de KNMP op zijn zachtst gezegd verbijsterend bezig. Men profileert zich ten koste van huisartsen en specialisten op oneigenlijke gronden. Ook is het er jammer dat de KNMP op de eigen website niet laat weten hoe men aan het cijfer van 40.000 receptaanpassingen per dag komt.

Het had de KNMP gesierd pas met getallen te komen als er recent onderzoek aan ten grondslag ligt.

W.J. Jongejan, huisarts n.p.