Verlies privacy bij zorgdatacommunicatie gaat Philips niet snel genoeg

privacy 600 bij 600

Vrijdag 10 juni was laatste dag van de eHealth-week die in Amsterdam gehouden werd. Met veel verbaal geweld uitten veel spelers zich, inclusief de bewindslieden van VWS. Philips, dat zich als concern pregnant positioneerde, als ”premier diamond”-sponsor, beleefde zelfs in de ogen van het Nederlandstalige online-magazine Smarthealth een “perfect storm” als Nederlands enige digital health multinational. Er staat alleen niet zoveel wind in Nederland. Het is meer een briesje. Het concern geeft zelf aan toch wel last te hebben van de huidige privacyregelgeving en zegt bij monde van verantwoordelijk directeur Jeroen Tas dat er weinig vooruitgang zit in de door Philips gepropageerde “Connected Care”. Volgens hem spelen in Nederland de langlopende discussies over het delen en beschermen van patiëntinformatie een belangrijke rol. In het nieuw gedefinieerde businessmodel van het concern speelt de elektronische communicatie van zorgdata een cruciale rol. In het licht hiervan moet dan ook het optreden van de CEO, Frans van Houten gezien worden toen die zich afgelopen februari openlijk bemoeide met de besluitvorming over het wetsontwerp 33509 in de Eerste Kamer. Dit wetsontwerp heeft als oogmerk de elektronische uitwisseling van zorgdata een wettelijke basis te geven met name ten aanzien van het toestemmingsprincipe door de burger, de zieke.

Connected Care

Philips heeft zich tegenwoordig als “health care”-concern heruitgevonden en een businessmodel ontwikkeld waarbij men zich graag positioneert tussen zorgdata-leverancier en -ontvanger. De slogan is “Connected Care”. Naast de verkoop van apparatuur en software wil men ook diensten gaan aanbieden. Het gebruik van big-data-analysetechnieken wil men toepassen op zorgdata waarmee betere medische besluitvorming en nieuwe inzichten beoogd worden. Uiteraard wil Philips die data het liefst in cloud-based- dataverzamelingen opslaan waardoor er steeds grotere geaggregeerde bestanden met medische data ontstaan.

Privacy

Aan de basis van het mogen verwerken van medische data ligt echter de toestemming van de patiënt ten grondslag en dat is iets waar Philips geen grip op heeft. De politieke besluitvorming rond het wetsontwerp 33509, dat overigens door toedoen van de minister van VWS, Edith Schippers, telkens andere wendingen krijgt, wil maar niet vlotten. Dat komt juist door de zeer indringende privacy-kwesties die met dit wetsontwerp te maken hebben. Dat privacy-kwesties bij elektronische zorgcommunicatie zeer kritisch tegen het licht gehouden worden, blijkt ook uit het zeer recente cassatieberoep van de Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen(VPHuisartsen) bij de Hoge Raad met als inzet de rechtmatigheid van het gebruik van het Landelijk SchakelPunt(LSP) bij de elektronische communicatie van behandelgegevens. De aandacht voor privacy, vooral t.a.v. zorgdata, is daardoor niet zo maar een kiezelsteentje in de schoen van het concern, maar eerder een kei.

Men moet bij dit alles niet vergeten wat Philips-topman(CEO) Frans van Houten op 6 februari 2015 tijdens een Bilderberg-conferentie zei:

“in 2033, staan miljarden apparaten permanent met elkaar in verbinding. Personalisatie, bijvoorbeeld met behulp van 3D printers, zijn gemeengoed . Dataverbindingen zijn gratis, data is het nieuwe zwarte goud en voor privacy moet je betalen

De gedachte dat een topman van een wereldwijd opererend concern zo denkt verontrust mij erg. Privacy is iets van de burger zelf. Daarvoor ineen verdienmodel van een zakenman te moeten betalen kan je een gotspe noemen.

Zuckerberg-achtig

Verantwoordelijk directeur Jeroen Tas stelt daarnaast:

“Er moet nog veel gebeuren, maar de urgentie om stappen te zetten is er. Verandering is voor iedereen lastig en dat geldt zeker in een conservatieve markt als de zorg. Maar de resultaten zijn zó duidelijk: dit gaat gebeuren.”

Jeroen Tas noemt de tegenkrachten die het concern in Nederland ervaart conservatief . Dat is een vorm van “framing”. Men zou de vooruitgang zo tegenhouden. Door te stellen “het gaat gebeuren” wil hij eigenlijk zeggen dat het doel, diepgaande analyse op basis van ICT-toepassingen van de medische data en besluitvorming op basis daarvan, de middelen(minder strikte privacyregels) moet heiligen. Het is een opvatting over privacy die doet denken aan die van Mark Zuckerberg, de CEO van Facebook. Deze stelt dat privacy simpelweg niet bestaat. Er is echter een toenemende groep mensen die, vaak door schade en schande, zich realiseert wat het betekent om de greep over eigen tekst en beeldmateriaal op Facebook kwijt te raken.

Miljarden

Bij de opmerkingen van de Philips topman in februari 2015 en nu van Jeroen Tas moet men bedenken dat het om een zakelijke markt gaat waar miljarden in omgaan. Andere wereldwijd opererende concerns zijn Philips al voorgegaan, waardoor de inspanningen om op dat toneel alsnog een relevante speler te worden alleen maar groter worden. De markt waarop Philips wil acteren groeit langzaam. Slechts op delen ervan, bijv. die van de mobiele apparaten waarmee men patiënten kan volgen, diagnostische toepassingen kan gebruiken etc. is een groei van 33 procent per jaar gezien. Alleen al dat deel van de schat men op 59,15 miljard dollar in 2020. Het gaat dus om gigantische bedragen en dito belangen. Philips ervaart de discussie in Nederland over privacy inzake zorgcommunicatie als een hinderlijke factor om haar doelen te bereiken.

Groot goed

Het is een groot goed dat het proces van besluitvorming over privacy betreffende medische gegevens in Nederland zo zorgvuldig verloopt en dat het ook middels de gang naar de rechter mogelijk is iedereen daarover scherp te houden. Het moet echter nimmer zo zijn dat economische motieven, zoals nu geuit door neringdoenden van Philips, de besluitvorming over privacy gaan beïnvloeden.

W.J. Jongejan

2 antwoorden
  1. Rob Schonck
    Rob Schonck zegt:

    Misschien moet Jeroen Tas het goede voorbeeld geven en zijn persoonlijke dossier online zetten

Reacties zijn gesloten.